© 2014 Babs Mouraki reservaat6

Schapen, Alpaca’s, John Deeres, penguins en zeehonden

Als we Dudedin uitrijden richting Christchurch realiseren we ons dat we ons verrekend hebben met de vakantiedagen en nog een dagje ‘over’ hebben. Yeah! We besluiten in de buurt van Omarau een B&B te zoeken en ik vind een plek bij een gepensioneerd boerenechtpaar waar ik denk dat Thijs het helemaal geweldig zal vinden.
Eerst nemen we een kijkje bij de Mauraki Boulders; op een vrij breed strand liggen hier gigantische ronden keien. Hoe die daar ooit ‘aangespoeld’ zijn is nog steeds een raadsel maar de Maori legende spreekt over ruziende goden of zoiets. Thijs is ervan overtuigd dat ze hier gewoon zijn neergelegd door een commerciele rakker. Op dit prachtige strand zien die grote ronde keien er in ieder geval surrealistisch en mooi uit. Vooral met de groeven in de keien.

Hierna rijden we naar onze B&B, Den Clevedon, via een 1700 meter lange oprit. Al rijdend op deze gravelweg naar de villa op een berg besluiten we de rest van de middag hier te blijven. John en Ann hebben ‘goed geboerd’. Na de verkoop van hun sheep farm hebben zij een mooie villa gebouwd op een adembenenemd stuk land van maar liefst 100 hectare. Een prachtig onderhouden tuin, een ‘native forest’, glooiende velden met een dertigtal schapen voor de fun of it en een stel alpaca’s. Het zal geen verrassing zijn dat Thijs zich hier helemaal thuis voelt. Na de thee brengt John ons met ‘his machine’ (eh, zijn 4×4 Toyota) naar de schapen en vervolgens naar een rivier. Hier laat hij ons alleen. En we zijn ook echt alleen hier….geen mens die hier op dit landgoed is, behalve wij twee. De buren wonen 5 minuten met de auto verder op. Heel bijzonder en het landschap is ronduit magisch moooi hier. De rivier stroomt vrij heftig maar is super helder. En koud!! Maar heerlijk verfrissend op zo’n warme dag als vandaag. Uiteindelijk moeten we wel weer de heuvel op lopen naar het huis. Pfffff, best steil. Gelukkig worden we onderweg afgeleid door al het fijne speelgoed van John in zijn schuur (lees: golfplaten overkapping). Gelukkig heeft John een John Deere…kitse gast!

Aan het eind van de middag gaan we nog even naar de vuurtoren bij Moeraki. Daar gaan we op jacht naar de yellow eye penquin, die daar in een soort reservaat leeft. Met de door Ann getekende kaart in Thijs zijn achterzak sluipen we naar beneden richting het strand. Ondertussen glurend tussen de struiken en het gras naar deze vrij zeldzame penquins die om deze tijd uit de zee schijnen te waggelen naar hun slaapplekken op het land. We zijn dan ook allebei enthousiast als we er een onder aan een struik zien liggen! En als we doorlopen worden we verrast door 2 die gewoon als standbeelden in het gras hun veren staan te drogen. Wauw, geweldig om te zien! Zeker als er nog meer penquins uit de zee komen en al waggelend de heuvel op lopen. Naast deze beesten, die overigens best enge oogjes hebben, worden we vermaakt door een een grote groep spelende zeehonden. Waanzinnig, ik kan daar uren naar kijken! Op deze rotsen leven zo’n 400 zeehonden en het lijkt wel of ze nu lekker allemaal aan het spelen zijn. Wat een lucky bastards zijn wij!
Helemaal happy de peppie komen we aan bij John en Ann die op ons hebben gewacht met eten. Tijdens het diner, natuurlijk met waanzinnig uitzicht op de bergen en de rivier, krijgen we de in’s en out’s van het Kiwi farmer live te horen. Gezellig, en na al steaks en burgers is het heerlijk om groenten uit de tuin te eten.

 

One Comment

  1. Ellen
    Posted 27 februari 2014 at 07:09 | #

    Dus helemaal klaar om te emigreren?